Er zijn diverse soorten anticonceptiemiddelen in tabletvorm, beter bekent als ‘de pil’. In dit artikel toelichting op de samenstelling en werking.

Geschiedenis van de anticonceptiepil

In 1960 werd de eerst pil geïntroduceerd in Amerika. In 1964 was de pil in Nederland verkrijgbaar. Er is een boel ontwikkeld in de tussenliggende jaren.

Twee soorten hormonen: oestrogeen en progestageen

De meeste pillen bestaan echter nog steeds uit 2 soorten hormonen: oestrogeen en progestageen. Progestagenen zijn vooral belangrijk als voorbehoedsmiddel. De oestrogenen zijn nodig om het slijmvlies van de baarmoeder in evenwicht te houden en zo te zorgen voor een ‘normaal’ bloedingspatroon. De pil remt de ontwikkeling van eitjes in de eierstokken en remt ook de eisprong.

Ieder middel heeft echter zijn voor- en nadelen. De bekendste nadelen van de pil treden vooral op in de startfase: misselijkheid, gevoelige borsten, wat onregelmatig bloedverlies en soms ook wat minder zin in seks. De voordelen zijn meestal echter groter dan de nadelen: minder bloedverlies tijdens de menstruatie, minder pijn tijdens de ongesteldheid, minder last van stemmingswisselingen.

Je stopweek telt 7 dagen, niet meer!

De meeste pillen bevatten 21 pilletjes. Je slikt dan 21 dagen de pil en hebt vervolgens een stopweek. Na die stopweek begin je weer met een nieuwe strip. Een veel voorkomende fout is dat vrouwen wachten tot hun bloedverlies gestopt is voordat ze weer met de nieuwe strip beginnen. Dit is niet goed. De periode tussen 2 strips mag nooit meer zijn dan 7 dagen, anders is de betrouwbaarheid verminderd. Een handige tip hierbij is dat je een vaste ‘startdag’ hebt; je begint een nieuwe strip nl altijd op dezelfde dag van de week.

Diverse anticonceptiepillen

Er zijn inmiddels wel wat varianten op de markt. Meestal zit het verschil in de soort progestageen, of de hoeveelheid oestrogeen. Alle progestagenen hebben hun eigen voor- en nadelen, zodat je op basis van je klachten dus ook kunt zoeken naar het progestageen dat het beste bij jou past. Zo zijn er bijvoorbeeld bepaalde pillen die beter tegen acne werken en andere waarbij je minder last hebt van stemmingswisselingen.

De hoeveelheid oestrogeen is meestal 20 of 30 ug. Echte ‘zware’ pillen worden nauwelijks meer gebruikt. Een ander verschil kan zijn dat sommige pillen een verschillende samenstelling hebben gedurende die 21 dagen; de zgn. 3-fase pillen. Hierbij verschilt de hoeveelheid hormoon in de pilletjes.

Doorslikpillen

Er zijn ook pilstrips met 28 pilletjes, de doorslikpillen. Een bekende variant daarop is de zgn. ‘mini’ pil. Deze heeft alleen progestageen en wordt meestal gebruikt tijdens het geven van borstvoeding. De laatste jaren zijn er echter ook pilstrips op de markt met 28 pilletjes waarvan er 24 de gewone samenstelling hebben (oestrogeen en progestageen), maar waar 4 neppilletjes (placebo’s) aan toegevoegd zijn. Dit is bedoeld om minder fouten te maken. De meeste pilfouten worden namelijk gemaakt rond de stopweek. Bij deze pillen heb je dus geen echte stopweek en slik je gewoon door, maar door de placebo’s heb je wel een menstruatiepatroon.

Pillen met natuurlijke hormonen

Het laatste grote verschil dat er in de pillen is, is dat er tegenwoordig ook 2 pillen op de markt zijn met ‘natuurlijke’ hormonen. Zij vormen een belangrijke stap in de verdere ontwikkeling. Vrouwen die veel klachten hebben (en houden) tijdens het slikken van de pil, zouden met hun arts kunnen overleggen of deze varianten wellicht een optie voor hen zijn.

Het ene pilletje is het andere niet!

Kortom het moge duidelijk zijn: het ene pilletje is het andere niet. Feit blijft, en dat geldt voor alle pillen; de betrouwbaarheid is voornamelijk afhankelijk van hoe zorgvuldig je de pil slikt.

---